Veelgestelde vragen
Waarom willen we in Nederland lokale duurzame energie opwekken?
De belangrijkste energiebronnen in Nederland zijn nu nog fossiele brandstoffen, zoals steenkolen, olie en aardgas. Deze brandstoffen hebben echter een belangrijk nadeel - ze stoten CO2 uit en dat is de belangrijkste oorzaak van klimaatverandering. Ook is Nederland door de import van gas, steenkool en olie afhankelijk van het buitenland. De huidige kosten van de energievoorziening voor industrie, mobiliteit, gebouwde omgeving, landbouw bedragen circa € 30 miljard euro per jaar, de schattingen zijn dat door de stijging van de fossiele brandstofprijzen de kosten gaan toenemen tot € 40 à 80 miljard. Door zelf op duurzame manier onze energie op te wekken kunnen wij onze energie kosten verlagen en blijft een groot deel van de investeringen en kosten binnen de Nederlandse economie.
Wat houdt het Klimaatakkoord in?
Wekt Nederland niet al genoeg duurzame energie op?
In 2019 wekte Nederland slechts 8,6 procent van zijn energie duurzaam op. Wij willen in Nederland in 2023 16 procent en in 2030 minimaal 27% van al onze energie duurzaam opwekken. Dit betekent dat er in Nederland nog veel duurzame energieopwekkende projecten gerealiseerd moeten gaan worden. Nederland loopt achter op alle Europese landen in de nationale opwek van diens duurzame energie. In 2019 wekt Zweden bijvoorbeeld al 54,6 procent van alle stroom duurzaam op en in Duitsland wordt nu al één derde van alle stroom duurzaam opgewekt.
Hoe wordt tegenwoordig in Nederland duurzame energie opgewekt?
Zonnestroom heeft nu nog een klein aandeel in de energievoorziening in Nederland; samen met windenergie levert het slechts 3 procent van onze energievoorziening. In Nederland wordt de meeste duurzame energie opgewekt door middel van biomassa. Een voordeel van biomassa is bijvoorbeeld dat bij bepaalde typen biomassa gebruik kan worden gemaakt van bestaande installaties. Dit scheelt investeringskosten. Recentelijk is het onderwerp biomassa echter veelal negatief in het nieuws verschenen, vooral omtrent het thema hoe CO2-neutraal deze manier van energieopwekking is. Een groot deel van de houtpellets zijn gemaakt van hout uit bossen in bijvoorbeeld Noord-Amerika of de Baltische Staten. Het duurt jaren voordat de CO2 die vrijkomt bij de verbranding weer wordt opgenomen door aangroeiend bos. Biomassa gaat vanuit de Nederlandse overheid niet meer gesubsidieerd worden, omdat de Nederlandse politiek deze vorm van energie opwekken wil uitfaseren. Hierdoor moet er in Nederland (nog) meer duurzame energie opgewekt worden door middel van zonne-energie, windenergie en lucht- en bodemwarmte, om de afspraken uit het Klimaatakkoord te halen.
Wat houdt de Regionale Energie Strategie (RES) in?
Wat houdt participatie en lokaal eigendom in bij zonneparken?
In het Klimaatakkoord zijn afspraken gemaakt over de participatie in hernieuwbare energieprojecten. Een van de opgenomen afspraken is dat bij er wind- en zon-op-land projecten gestreefd wordt naar 50% lokaal eigendom. Over de vormgeving, afspraken en verplichtingen over de participatieprocessen uit het Klimaatakkoord hebben verschillende partijen begin mei samen een toelichtende notitie opgesteld. De betrokken brancheorganisatie zijn Energie Samen, de Natuur- en Milieufederaties, de Nederlandse Vereniging Duurzame Energie, Holland Solar en NWEA. In de toelichtende notitie staan verschillende antwoorden op de meest gehoorde vragen en misverstanden over de participatie-afspraken uit het Klimaatakkoord.
Wat houdt de SDE++ subsidie in?
Wat is de Gedragscode Zon op Land?
Op 13 november 2019 hebben negen partijen de Gedragscode Zon op Land getekend. Één van deze partijen is Holland Solar, de brancheorganisatie voor zonne-energie waar TPSolar bij is aangesloten. Samen met Greenpeace, Milieudefensie, Natuur & Milieu, de Natuur en Milieufederaties, Natuurmonumenten, de Vogelbescherming, NLVOW, en Energie Samen, tekenden zij de gedragscode. Het is voor het eerst dat organisaties met uiteenlopende belangen samen tot een gedragscode over zon op land zijn gekomen. Met behulp van deze code erkennen alle betrokken organisaties dat zon op land nodig is voor het behalen van de klimaatdoelstellingen. Ook wordt brede steun uitgesproken voor de ontwikkeling van zonne-energieprojecten mits deze initiatieven conform de gedragscode gerealiseerd worden. Zo bevat de code voorschriften die borgen dat omwonenden goed betrokken worden, dat zonneparken meerwaarde bieden voor de natuurwaarden en dat na verloop van tijd het oorspronkelijke grondgebruik terug kan komen. TPSolar heeft verschillende bijeenkomsten van de brancheorganisatie bijgewoond die bijdroegen aan het opstellen van deze gedragscode. De opgestelde basisprincipes zijn voor ons als bedrijf niet nieuw en staan reeds in lijn met wat wij al deden bij de ontwikkeling van onze initiatieven.
Waarom realiseren wij zonneparken op (landbouw)grond?
Wat is het effect van de komst van een zonnepark op de aanwezige fauna?
TPSolar laat al vroeg in het proces door een ecoloog een zogeheten quickscan Flora en Fauna maken. Uit dit onderzoek blijkt of erin en/of rondom de planlocatie sporen aangetroffen zijn die duiden op aanwezigheid van beschermde soorten. TPSolar hecht veel waarde aan de biodiversiteit en ontwerpt daarom al zijn zonneparken op een manier die de biodiversiteit stimuleren. Bij het ontwerp van al onze zonneparken kiezen wij voor biodiversiteit stimulerende maatregelen zoals ecologische inpassing. Om deze reden werkt TPSolar ook bij al haar projecten met een zuidgeoriënteerde panelen opstelling. Dit zorgt ervoor dat er altijd voldoende licht, lucht en vocht onder de panelen kan komen. Dit houdt niet alleen het gras in stand, maar is ook belangrijk voor het leven in de bodem dat weer van invloed is op de bodemkwaliteit. Een zonnepark heeft in het algemeen een ruimte tussen de rijen panelen van ongeveer 3 meter. Op deze manier ontwerpt en ontwikkelt TPSolar zonneparken die naast het opwekken van duurzame energie ook fungeren als groene infrastructuur. Wij hebben verschillende zonnepark-initiatieven waarin bijvoorbeeld een habitat gecreëerd of verbeterd is voor inheemse bedreigde diersoorten zoals: de wilde bij, de patrijs, de das, de knoflookpad en de ringslang. TPSolar plaats ook ree-vriendelijk hekwerk, dit betekent dat ze er niet met het gewei in vast kunnen blijven zitten. De ervaring leert dat een omheind zonnepark voor groot wild weinig belemmering vormt (ze kunnen er prima omheen) en dat de aanplant rondom voor groot wild juist meerwaarde heeft. Klein wild zal het park en het hekwerk kunnen passeren door tientallen faunapassages.
Moet er een hek om een zonnepark heen?
Een zonnepark is een elektrische installatie zonder toezicht en moet dus worden afgeschermd van (onbedoelde) aanraking door mensen (bijvoorbeeld spelende kinderen). Ook heeft de installatie een hoge waarde en moet dus enigszins beschermd zijn tegen vandalisme en diefstal. Zowel de wet als de verzekeringsmaatschappijen stellen daarom minimale eisen aan deze afscherming, die het beste kan worden ingevuld met een hekwerk. Dit hekwerk kan op verschillende manier ingevuld worden, bijvoorbeeld in een natuurlijke kleur groen of in de vorm van een natuurlijk hekwerk. Ook kan gekeken worden of het hekwerk kan worden geïntegreerd met de landschappelijke inpassing.
Waarom kunnen de panelen niet laag bij de grond en maximaal 1 meter hoog zijn?
Door een lage opstelling komt er (te) weinig licht, (regen)water en lucht bij de bodem en dit is nadelig voor de biodiversiteit en begroeiing, en verslechtert de kwaliteit van de bodem. Op landbouwgrond gebruiken wij daarom nooit oost-westopstellingen (‘dakjes’) en zetten we de panelen het liefst altijd ca. 80 cm van de grond. Verder is het ook nadelig voor eventuele mogelijkheden omtrent dubbel grondgebruik en risicovol bij hoge waterstanden. Ook is om duurzame energie op te wekken een bepaalde hellingshoek nodig ten opzichte van de zon.
Komt er schittering van de panelen?
Hoe zit het met het geluid van een zonnepark?
Wat is het effect van het zonnepark op de geluidsweerkaatsing?
Voor geluid geldt hetzelfde natuurkundige principe als voor licht, namelijk dat de hoek van de weerkaatsing altijd gelijk is aan de hoek van inval. Aangezien de panelen onder een hoek naar de hemel gericht staan, wordt geluid van voren schuin naar boven weerkaatst. De omgeving zal dus eerder minder, dan meer geluid horen.
Heeft het elektriciteitsnetwerk nog plek voor nieuwe zonneparken?
Het elektriciteitsnet zat in 2019 bijna helemaal "op slot", liet Tennet weten aan NOS. Dit vormt een probleem met het oog op verduurzaming. Daarom heeft Tennet in 2019 een extra 215 miljoen euro geinvesteerd om de capaciteit op het stroomnet te voor 7 miljoen zonnepanelen. Deze investering was hard nodig voor de continuïteit van de energietransitie. TPSolar heeft bij haar projecten tot op heden nog geen problemen gehad met krapte op het net. Wij hebben met alle betrokken netbeheerders in Nederland een goede verstandhouding en overleggen geregeld met hen.
Bij bewolkt weer leveren zonneparken toch nauwelijks stroom?
De algemene regel luidt: hoe vaker en feller de zon schijnt, hoe meer licht de zonnepanelen omzetten in energie. Maar zonneparken gedijen bijvoorbeeld niet goed in de Sahara, waar de zon veel schijnt. In ons nieuwsbericht "Bewolkte dagen ook goed voor opbrengst zonnepanelen" beschrijven wij dat deze algemene regel niet altijd klopt. Uit onderzoek van de Wageningen University and Research (WUR) blijkt dat de reflectie van wolken op de panelen voor meer licht zorgt en in combinatie met een lagere temperatuur wekken de zonnepanelen dan het meest op.
Wat is het effect van het zonnepark op de bodemkwaliteit?
Een onderzoek van de Wageningen University & Research uit 2019 toont aan dat zonneparken geen nadelige effecten voor de bodemkwaliteit hebben, mits de zonneparken op een bepaalde manier worden ingepast. De onderzoekers beargumenteren dat als er genoeg ruimte is tussen de panelen en de rijen zonnepanelen, en ook als er vegetatie wordt uitgezaaid onder de panelen, de bodem op een zonnepark niet wordt aangetast. Door een lage opstelling komt er (te) weinig licht, (regen)water en lucht bij de bodem en dit kan nadelig zijn voor de biodiversiteit en begroeiing. Wij zijn bekend met dit principe, daarom bouwen wij altijd met voldoende ruimte tussen de zonnepanelen, houden wij hier rekening mee met onze opstelling en zaaien wij schaduwbeminnende vegetatie in na de bouw.